Aftellen
Einde is nabij – Het aftellen is gestart – Blijf wel genieten
Haiku by Hennessy
Met een licht gevoel van opwinding loop ik Damascus uit. Ik ben me zo bewust van de laatste 750 kilometer van de trail. Er zijn vele mooie dingen om naar uit te kijken de komende dagen zoals The Balds en Roan Mountain.
Daarbij komt voor mij de lichte spanning van het jachtseizoen. Je kunt merken dat het jachtseizoen in volle gang is. Ik kom nu iedere dag wel honden tegen op de trail met GPS halsbanden om. Het zijn berenjagers. Ze worden getraind om naar beren te speuren. Zodra ze de geur van een beer te pakken hebben gaan ze achter de beer aan en jagen hem op tot hij in een boom klimt. De honden blijven dan luid blaffend bij de beer tot de de jager komt om hem neer te schieten. Persoonlijk vindt ik dit geen jagen en voor de beer ook zeer oneerlijk. In een aantal staten in Amerika is deze manier van jagen nog toegestaan. Maine, North and South Carolina, Virginia en West Virginia en nog 6 andere staten buiten de Appalachian Trail.
Een tijdje terug kreeg ik mijn kans. Ik genoot net van mijn lunch op een parkeerplaats middenin het bos toen er een pick-up truck aan kwam rijden. De man bleef in zijn auto op een schermpje staren en reed weer weg. Ik vond het wat vreemd worden toen hij na 5 minuten weer terug kwam, uit de auto stapte en de achterklep opende. Ging naast de auto staan en wachtte hier al leunend. Ik probeerde oogcontact te maken en wenste hem uiteindelijk maar goedendag. Ik kreeg een korte groet terug. Hij was duidelijk geen prater. Ineens kwam hij in beweging en kwam er een hoop geblaf uit de truck. Komt er een hond van de trail met een GPS collar om en springt in de truck. Aha. Een berenjager. Ik grijp mijn kans om hier iets over te leren en knoopte een praatje aan. Toen de man in de gaten had dat hij over zijn hobby kon praten was het hek van de dam. Een vraag was genoeg om hem op gang te brengen. De hondenjacht was zijn passie. Hij heeft er 5 waarvan 1 een topjager is en 1 nog in training. Jonge honden gaan al mee als ze nog maar 3 maanden zijn en blijven vaak dichtbij de moeder. Hij heeft alleen bloedhonden. Zij kunnen een beer al ruiken vanuit de auto. Hij rijdt over de dirtroads in de bossen en zodra de honden aanslaan weet hij dat er een geurspoor van een beer is gespot. De honden worden losgelaten en verdwijnen in het bos. Dan is het wachten en de GPS in de gaten houden. Een berenjacht duurt meestal een paar uur. Soms komt een hond niet terug zoals nu. De hond die net in de auto sprong is vanmorgen losgelaten en heeft geen beer gevonden. De hond komt dan uit zichzelf weer langs de trail naar de weg en wacht daar op zijn baas. Zodra de jager ziet dat de hond op een trail naar beneden loopt rijd hij met zijn auto naar de trailhead en wacht hem op. Echter Black Dana is al 3 dagen buiten. De afgelopen 2 dagen zag hij haar langs de trail naar beneden lopen maar nog voordat hij er met de auto naar toe kon rijden liep ze weer naar boven. Nu heeft hij alle honden losgelaten op deze berg en hoopte dat ze mee terug zou lopen. Black Dana liep met de hond mee die net in de auto is gesprongen. Helaas is ze vlak voor de trailhead weer omgekeerd en loopt nu weer de berg op. Hij is niet ongerust. Uiteindelijk krijgt ze honger en komt wel mee. Ze is wel eens vaker een paar dagen weg geweest. Een beetje honger kan ook geen kwaad. De honden zijn in puike conditie en als ze wat hongeriger zijn zijn ze scherper met het jagen. Ook al is de beer niet hun prooi om op te eten, het jachtinstinct werkt beter met een lege maag. Soms verliest een hond zijn halsband en dan wordt het lastiger. Zo’n halsband kost wel 1000 dollar en wil je niet kwijt. Dan moet de jager het bos in om hem op te zoeken voordat de batterij leeg is. Als ik tegen de man zeg dat ik in deze manier van jagen wel wat de kans op ontsnappen voor de beer mis is zijn antwoord verassend. Ze kunnen op deze manier veel preciezer jagen. De hond maakt de keus niet, die jaagt de beer in de boom. De jager beslist dan of de beer neergeschoten wordt. Daar zijn regels voor. Een oude volwassen mannetjes beer kan problemen veroorzaken. Die schieten ze altijd neer, jonge beertjes of vrouwtjes beneden een bepaald gewicht mogen niet geschoten worden. Zo blijft de beren populatie onder controle en elimineren ze de beren die meer risico geven op gevaarlijk gedrag. Nog dagen horen we de honden blaffen maar ik ben er niet meer bang voor om ze tegen te komen.
De omgeving waarin ik loop verandert zodra ik de Roan Highlands nader. Het wordt weer wat bergachtiger en ik voel mijn rechter knie wat opspelen. In een aantal uren tijd wordt de pijn erger en kan ik er eigenlijk niet goed meer op staan en afzetten. Ik begin me ongerust te maken want ik wil niet uitvallen zo vlak voor de finish. Ondertussen komt er een oplossing. Ik loop nog steeds met Bottles en Rabbitfoot en we zijn van plan om in een leuk hostel te slapen “Boots Off” en die bieden een optie “slackpacken” aan. Dat heb ik eerder gedaan bij Leif. Je laat een groot deel van je rugzakinhoud achter in de hostel en neemt alleen noodzakelijke spullen mee als regenkleding, water + filter en eten. Ik ben direct voor het plan en diep die avond mijn kniebrace op uit de tas. Gelukkig heb ik die niet naar mijn zus gestuurd.
De 2 dagen erop loop ik met een lichtgewicht in mijn rugzak en stevige band om mijn knie. Ik besluit vol in de ibuprofen te gaan om de pijn en eventuele ontstekingsreactie wat te dempen. Ik ben geen voorstander van overbelaste gewrichten negeren en met pijnstillers ervoor zorgen dat je ze kunt blijven overbelasten maar ik hou mezelf voor dat wanneer ik rustig aan loop, goed op de looptechniek let, de stokken goed gebruik en niet hardlopend van de berg af ga, ik best door kan lopen.
Na 2 dagen met weinig gewicht op de rug en de rest van de week wat kortere dagen is na 7 dagen mijn knie niet meer dik en de pijn nagenoeg weg. Ik stop met de pijnstilling overdag en houd mijn brace nog een week om. Na die week kan ik ook zonder pijnstilling nachts en zonder brace. Het loopt weer met een sisser af, echter de boodschap is duidelijk. Mijn lichaam laat merken dat de grenzen bereikt zijn. Ondertussen zijn ook mijn voeten meer pijn gaan doen. Een groot deel van de tenen zijn doof maar tegelijk ook hypergevoelig. De voetzolen ochtends zo oedemateus dat mijn tenen niet meer op de grond komen en een aantal gewrichten dik en rood. Ik hoop dat de schade omkeerbaar is maar ik zal er nu in elk geval niet om stoppen. Ik besluit ibuprofen te nemen wanneer de pijn erger wordt en thuis opnieuw te evalueren. Beetje struisvogelhouding maar ik wil niet stoppen.
Op weg naar de Roan en Greyson Highlands kom ik prachtige rivieren tegen met hoge watervallen. Het terrein lijkt soms wel wat op Maine met zijn grote rotsblokken waar je om en overheen moet klauteren.
Het gebied voor Roan Mountain heet The Balds en bestaat uit een serie toppen zonder bomen. Acht kilometer lang loop ik door prachtige weiden van goudgele grassen en hier en daar een tunnel door kleine berkenbosjes. De uitzichten zijn 360 graden rondom en iedere keer als ik me omdraait zie ik de trail als een slingerend lint over die toppen lopen. Daar kom ik vandaan en ik verbaas me over de afstanden die ik ongemerkt over de bergen afleg. De kleuren van de natuur zijn hier anders. Mooie contrasten met de rode bladeren van de Ash Berries, gele grassen, groene evergreens, blauwe luchten en zilvergrijze rotsen. Ik geniet intens. En in the golden hour (het uur voor zonsondergang) wordt het effect van de kleuren nog verder versterkt.
Vanaf de top van de laatste Bald kijk ik uit op de hellingen van Roan Mountain. Ik ben onderweg naar de top waar de shelter staat. Het is vanuit het dal beneden mij nog een hele klim en de dag nadert zijn einde al. Het is niet echt warm meer en beneden in de vallei aan gekomen trek ik wat extra lagen aan en mijn handschoenen. Afgelopen nacht heeft het gevroren en de hele dag ben ik bomen tegengekomen waar de ijzel van afgelopen nacht door de zon van de takken is gegleden en in een hoopje onder de boom ligt. Het ligt er nog steeds en de temperatuur daalt alweer. Aan de voet van Roan Mountain is de overgang dramatisch. Van het een op het andere moment kom ik in een bos waar het licht tegengehouden wordt door een dicht dennenwoud. Maar wat het meeste indruk maakt is de geur. Dit ben ik nog niet een een bos tegengekomen, ik kan wel zeggen nog nooit in mijn leven zo sterk in een bos geroken. Het blijkt de Fraser Fir te zijn. Een evergreen die slechts in 7 gebieden in de zuidoostelijke Appalachian groeit en sterk bedreigd wordt. De boom ruikt zeer sterk naar dennenboom. Bijna onwerkelijk zo sterk ruikt het in het bos en samen met het bijna magische donkergroene licht en de kilte van de aankomende vriesnacht is het een schril contrast met de warme dag op de gele grassige Balds die achter me ligt. De trail naar de hut gaat steil omhoog en het is al donker als ik bij de shelter aankom. Terwijl ik mijn maaltijd klaarmaak bij het kampvuur kruipt de mist langzaam het bos in en geeft alles een mysterieuze aanblik. Ondanks de kille kou geniet ik volop. Wat een dag.
Na Roan Mountain gaat de trail richting de grote Nolichucky rivier. Na een overnachting in Uncle Johnny’s Hostel klim ik het dal weer uit en verbaas me onderweg over de schitterende uitzichten op de rivier. Het is blijft koud overdag. De trail loopt afwisselend door bos en weiden. Het is zo lekker om zo nu en dan mooie vergezichten te hebben. Het zuiden van de Appalachian Trail is hierin veel afwisselender wat ik persoonlijk wel fijn vindt. Doordat de herfst nog zo kleurrijk is, is het uitzicht steeds weer verrassend mooi. Ik zie zelfs nog een achtergebleven Monarch mannetjesvlinder. Er valt wel steeds meer blad van de bomen. De trail is soms rood/ paars, geel/bruin, soms zelfs gespikkeld groen van al het gevallen blad. De kalen bomen zijn zilvergrijs en laten de zon mooi door. ‘sOchtends vroeg is het vaak nog koud maar in de loop van de dag warmt het bos snel op. Ik kan hele dagen in T-shirt lopen maar zodra de dag zijn einde nadert gaat ook de temperatuur hard naar beneden.
Omdat langzaam aan het aftellen is begonnen ben ik ook mijn voorraden aan het opmaken. Ik vindt nog lekkere koekjes die ik echt bewaard heb als een soort troost eten. Ik besluit dat ik het koekje ook zo op mag eten en als ik tijdens een rustpauze lekker in het zonnetje zit te genieten van het uitzicht knabbel ik de lavendel kokosmacroon op. Helaas is het een heel klein koekje en kan ik mezelf totaal niet beheersen en ineens is hij op. Afscheid nemen doet pijn.
Later die dag kom ik nog langs de Southern Cookie Lady. Een vrouw die samen met haar man langs de trail woont en die koekjes bakt die je als hier mee mag nemen. Het is bijna Haloween en het celebration koekje (noemt ze zo omdat we bijna klaar zijn met de trail) is een pompoen. Het tweede koekje is een haverkoekje en beiden zijn zo ontzettend lekker!!! Ik besluit ze vanavond als dessert te eten.
Het is blijkbaar ook het seizoen van de rupsen want ik kom de meest kleurrijke exemplaren tegen. Appeltje groen is mijn favoriete kleur en blijkbaar ook van de rupsen. Ze steken mooi af tegen het herfstblad. Vlak voor Hotsprings kom ik zelfs nog een mooie hagedis tegen. Het blijkt een van de 12 soorten te zijn die ik tegen kan komen. Dit is de Eastern Fence Lizzard. Ik heb ook al de mooie Five Lined Skink gezien met zijn zwart en geel gestreepte lijf en kobaltblauwe staart (alleen de jonkies). Deze is echter zo schichtig dat ik er geen foto van kan maken.
We hebben als Tramily besloten in Hotsprings een zero te nemen. Waarschijnlijk onze laatste voor de finish. Het is schitterend weer als we in het stadje aankomen. Het leuke is zelfs dat we uiteindelijk nog met 8 mensen van onze SOBO bubbel tegelijk in het stadje zijn en besluiten dan ook lekker uit eten te gaan. Die avond is er een pub-bingo en we hebben vreselijk veel lol samen. Ik win 3 stickers en ben zelfs de verst weg wonende gast die avond waarmee ik sticker nr 4 binnenhaal. Ik wil niet hebberig overkomen maar de eerste winnaars wonnen bonnen voor gratis eten en als thru-hiker is het ietwat zuur als je dan een sticker wint… Het was zelfs geen eetbaar papier….
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.