Ode aan de schoen

Lhasa yak leather – these boots are made for hiking – that is all I do

Haiku by Henny

Gisteren besloot ik tot een extra rustdag in The Maine Roadhouse. Ik zat aan het ontbijt en voelde me niet echt lekker. Raar in mijn buik en darmen wat in de war. Ik had dan ook een hamburger, pint (bijna 1/2 liter) pistache ijs, liter Buttermilk (lijkt op onze karnemelk), een hele galia meloen, een blikje cola en een focaccia achter elkaar opgegeten. Dit is waarschijnlijk toch het begin van de bekende “hiker hunger”. Het elke dag lopen geeft een aanpassing in je metabolisme waardoor je om 04:00 u al wakker wordt met een rammelende maag, een uur na je ontbijt alweer zin hebt in een tweede ontbijt en je elk uur moet snacken om te voorkomen dat de hongerklop toeslaat terwijl je net met een steile klim bezig bent. Daarnaast natuurlijk de enorme vetverbranding (ik had al geen buikje, maar nu dus zelfs een holle buik) en de toename van beenspieren. Je verstookt op een dag tussen de 4000-6000 caloriën. Het is moeilijk om dit naar binnen te werken op de trail. Tijdens een zero dag in een hostel is boodschappen doen dan ook een groot verleidingsfeest. Echter de darmen moeten iedere keer omschakelen vanwege het wisselende voedselaanbod.

Als iedereen is vertrokken na het ontbijt kruip ik weer in bed om nog 2 uur te slapen. Hierna voel ik me al een stuk beter. Ik besluit mijn schoenen, die na het prachtige weer in de Bigalows mooi droog geworden zijn, eindelijk in te vetten.

Voor en na

Mijn schoenen voldoen erg goed. Ik heb nog niemand gezien met leren bergschoenen. Iedereen loopt op trailrunners. Argumenten die mensen dan vertellen zijn; ze zijn licht, snel droog en goede grip. Maar het merendeel van de hikers op trailrunners hebben blessures. Vaak veel blaren die vaak ook ontstoken zijn. Velen hebben teennagels die loskomen. Peesplaat onder de voet is vaak erg gevoelig. Stress fracturen in middenvoetsbeentjes, shinplint, knieproblemen, problemen met pees(plaat) aan buitenzijde bovenbeen. Trailrunners zijn niet gemaakt om in dit terrein maandenlang achtereen te hiken met een zware rugzak. Ze slijten ook snel en je moet elke 500 km een nieuw paar kopen. Toch loopt iedereen erop.

Hiken is een heel andere belasting voor je lijf dan trailrunnen. Iedere dag ben ik dan ook blij dat mijn schoenen mijn voeten goed beschermen en ondersteunen. Ik heb al mijn nagels nog, kan mijn voeten masseren zonder dat ze pijn doen. Ondanks de wekenlange natte schoenen en dus natte voeten, heb ik maar een keer een voetschimmeltje gehad tussen 2 tenen nadat ik een blaar kreeg doordat ik in een modderpoel was gevallen. De plank over de poel brak, mijn rechterbeen ging linksaf en mijn linkerbeen rechtsaf. Door de rugzak raakte ik uit balans en viel in de modderpoel die tot mijn knieën diep was. Korte broek en rug onder de modder en mijn benen tot de knieën. Omdat ik met modderige sokken doorgelopen ben is dit gaan schuren. Ik had schaafplekken rondom de enkels en tussen 2 tenen een blaar waar een schimmeltje kwam. Met een zalf was dit met een week weer over. Mijn scheenbenen doen ook niet zeer ondanks het vele landen op rotsachtige ondergrond. Ik kan wel mijn spieren voelen omdat je eigenlijk geen rusttijd genoeg hebt tussen de enorm inspannende dagen door. Toch blijft alles goed functioneren en heb ik van de verzwikking van mijn knie in de eerste week geen last meer en is de support band niet meer nodig.

Het is dus wel duidelijk dat ik mijn schoenen adoreer en zelfs vereert heb met een haiku.

De schoenen zijn van het merk Hanwag, type Lhasa II. Ze zijn gemaakt van milieu vriendelijk gelooid yak leer. De yak kan in de Himalaya op grote hoogten enorme lasten dragen. Ik ben dan ook een beetje gaan geloven dat de ziel van de yak nog in het leer en dus in mijn schoenen zit. Ik bedank ze soms ook als ze me veilig over gladde stukken brengen, of bij een misstap mijn enkels beschermen of bij stoten mijn tenen beschermen. Nu heb ik ze dan eindelijk met liefde schoon kunnen maken en in de wax zetten. Het leer voelt weer zacht en soepel.

Na het waxen komt eigenaar Jen vertellen dat er lekkere gezichtsmaskers klaar liggen. Nu ben ik niet zo van de schoonheidstoestanden maar zo’n masker lijkt me wel wat. Terwijl ik in mijn bunked lig te genieten van het masker lees ik een boek, langzaam worden met ogen zwaar en krijg ik het gevoel dat ik wil slapen. Als een trailmaatje langskomt en begint te lachen maak ik een selfie en zie dat ik niet moe ben maar er een heel schuimmasker op mijn ogenleden drukt. Dat is wel een foto waard. Lijk hierna een stuk jonger.

In de loop van de middag doe ik nog wat laatste inkopen en lunch ik stevig de friet en chickenwings is heel wat calorieën.

‘sAvonds gaan we met een hele groep met de schoolbus naar een restaurant. De eetlust is terug en op de terugweg zien we een eland water drinken in een beekje. Vanuit de bus slaan we haar een poosje gade, en zij ons.

De volgende dag ben ik weer helemaal klaar voor de trail en na een goed ontbijt en een foto voor op het prikbord ga ik op pad.

De kans op regen is groot en het duurt dan ook niet lang of ik loop er weer middenin. De regen kan me zo langzamerhand niet zoveel meer schelen. Het is vervelend en alles wordt nat inclusief mijn schoenen. Maar ook vandaag moeten we alweer door een wilde rivier waden. Na een glibberige klimpartij kom ik aan bij de verwarmde ski-patrol hut waar hikers mogen slapen. Ik kan de hut in de mist op de top van Sugarloaf mountain maar kwalijk vinden. Zodra we met zijn allen binnen zijn breekt het noodweer los en regent het pijpenstelen met onweer de hele nacht. Wat ben ik blij dat ik niet in mijn tent hoef. Om 01:00 snachts schrik ik wakker van een enorme klap en zie uit alle stopcontacten blauwe vonken komen. Het is heel dichtbij ingeslagen en hierna doe ik geen oog meer dicht. Gelukkig geen brand of andere schade. De volgende dag vertrekken we in de stromende regen.

Het regent zo hard dat het waterschepputje (met een beetje goochelen kun je hier water verzamelen zonder veel debris erin) op de trail vol staat met troebel water wat van de trail afstroomt en in de holte verdwijnt. We lopen wel verder voor schoner water want anders zit het water CT filter gelijk verstopt.

De hele dag klim en klauter ik in de Saddlebacks. Een bergketen met vele toppen. Iedere keer wanneer ik denk dat ik er ben komt er een hogere top achteraan. Door het weer zijn er geen uitzichten maar ook in de regen is dit alpiene landschap prachtig. Ik heb ondertussen besloten dat ik me in elk geval niet door de regen naar huis laat sturen. Ik probeer te genieten van de kleinere dingen om me heen. Uiteindelijk is een uitzicht op een bergtop ook maar één doel en is de weg ernaartoe even mooi, vaak mooier en je geniet er veel langer van.

Ik kom in Rangeley aan bij de Hiker Hut. Steve, de eigenaar, woont in de winter in India en in de zomer in de Hiker Hut. Er is geen telefoonbereik, geen stromend water maar het kleine hutje is heel gezellig, de tuin lijkt op die van mijn vader en de buitendouche naast de rivier is fantastisch. Ik stap onderweg naar de douche nog bijna op een dikke volwassen garter snake. Steve brengt ons naar het stadje waar we onder het eten de was kunnen doen in een echte Amerikaanse laundry. Het kost 5$ en je betaald met quarters…. Dat zijn er dus nogal wat.

Ze beloven de komende dagen mooi weer. Ik kijk echt uit naar mooie vergezichten.

De dagen die volgen zijn dan ook prachtig. de zomerbuitjes zo nu en dan tussendoor zijn goed te doen. Het hoogtepunt is de Height of Land. Een uitzicht punt over de Rangeley lakes. Ik voel me in mijn hart geraakt want vanuit het bos komt ineens dit uitzicht en moet ik huilen van ontroering. Na zoveel dagen bos en regen is dit een echte beloning voor al het klimmen. Er is een campsite aan de oever van het meer maar we kunnen het niet vinden. Ik knoop een gesprekje aan met een vrouw die er woont en zegt dat de campsite afgezet is vanwege de broedende loon’s, Dit zijn vogels met een spookachtig geluid en zijn beschermd. Het level van het meer wordt op een bepaald nivo gehouden zodat de nesten niet onder water komen. We mogen in haar achtertuin slapen en hebben een prachtige zonsondergang.

Na een paar dagen lopen eindig ik met een enorm lange dag. Ik kom in de schemer aan, shelter en tentspots zijn bezet. Ik zet mijn tent op tussen de wortels van een boom en het is er zo scheef dat ik mijn matras niet eens opblaas. Ik krul mezelf op tussen de wortels en voel me net een kindje in een wieg. De volgende ochtend sta ik in de schemer op en hike de laatste 10 kilometer naar het pickup point van de Human Nature Hostel. Ze komende je 1x dd halen om 8:30. Beneden bij de weg blijk ik een half uur over te hebben en kom ik WW weer tegen. Hij gaat naar dezelfde hostel.

De Human Nature hostel is een grote houten dome vorm en van binnen ook erg bijzonder. Er staat zen muziek op en we worden warm verwelkomd. Een warme buiten douche en heerlijk eten nadien. Hun boodschap is ons te verwennen, te voeden en ontstressen. En dat lukt goed. Alle spullen zijn nat en drogen goed op de warme stenen in de zon want het is schitterend weer deze dag. Het is een Nero maar voelt als een zero.

Smiddags liggen WW en ik te chillen in de hangmat en krijg ik mijn trailname. Hennessy. De energie die ik heb past hierbij en het is een cognac, door de meeste Amerikanen een bourbon genoemd en past omdat ik zo van whisky houd.

Het verblijf in de Human Nature voelt zalig. Zou nog wel een dag willen blijven maar moet helaas weer door, verder naar het zuiden. Dit is toch wel het meest lastige van een Nero/ zero, dat je snel went aan de luxe en ik zie dan op tegen weer op de trail zijn. Dit duurt altijd maar kort want het is ook wel overzichtelijk. Je volgt de blazes en de trail. Draagt alles op je rug en hoeft op de trail met niemand rekening te houden. Dus ondanks de regen loop ik de volgende dag dan ook uitgerust en blij als Hennessy verder naar het zuiden.